In onderstaand overzicht, vindt u de meest gestelde vragen terug over verzekerings- en bedrijfseconomsiche taxaties.
Staat uw vraag er niet bij? Neem dan contact met ons op.
De volgende documenten zijn van belang voor een taxatie.
Verzekeringstaxatie Gebouwen:
Verzekeringstaxatie Inventaris:
Bedrijfseconomische taxatie Gebouwen:
Bedrijfseconomische taxatie Inventaris:
Wij streven naar de volgende doorlooptijden:
Open polis
Indien u een verzekeringspolis heeft op basis van een “open polis” dan ligt hier géén taxatierapport conform artikel 7:960 B.W. aan ten grondslag. De verzekerde som is door de verzekerde doorgegeven waarbij er dus zelf een inschatting is gemaakt van de verzekerde waarde. In geval van schade kan het zijn dat u op basis van de dagwaarde uitgekeerd krijgt. Het uit te keren bedrag daalt namelijk jaarlijks door afschrijvingen. Tevens loopt u het risico dat u onderverzekerd bent.
Polis die de nieuwwaarde uitkeert
Op deze polis is de nieuwwaarde clausule van toepassing. De verzekerde som is vaak vastgesteld op basis van een waardebepaling. De rapportage is vrij eenvoudig. Een waardebepaling geniet geen wettelijke bescherming en heeft geen vaste geldigheidsduur. Er kan bij schade dus mogelijk een discussie ontstaan. De nieuwwaarde wordt namelijk alleen uitgekeerd zolang de dagwaarde 40% hoger is dan de nieuwwaarde. Indien de dagwaarde lager is dan 40% van de nieuwwaarde wordt de dagwaarde uitgekeerd. Zelfs als men tegen nieuwwaarde verzekerd is.
Polis op basis van aantekening rapportage conform artikel 7:960 B.W.
De verzekerde sommen op deze polis zijn gebaseerd op een taxatierapport conform artikel 7:960 B.W. Dit rapport is opgesteld door een deskundige en geniet wettelijke bescherming. De verzekerde som is gebaseerd op de herbouwwaarde of nieuwwaarde. Gedurende de geldigheidsduur van het rapport worden de getaxeerde waarden uitgekeerd. De 40%-regeling (indemniteitsbeginsel) is niet van toepassing. Het taxatierapport geldt als leidraad bij schade waardoor er géén discussie kan ontstaan. De gebruikelijke geldigheidsduur voor een inventaris rapport is 3 jaar en voor een gebouwen rapport 6 jaar.
De geldigheidsduur van een taxatierapport is normaliter voor gebouwen 6 jaar en voor de inventaris 3 jaar. Het is noodzakelijk om een rapport dat tegen het einde van de geldigheidsduur loopt opnieuw te laten opstellen, anders wordt de taxatieclausule van de polis afgehaald. Dit kan tot gevolg hebben dat bij schade niet de herbouwwaarde van uw gebouw en/of de nieuwwaarde van uw inventaris uitgekeerd wordt, maar de dagwaarde.
Von Reth neemt met iedere klant waar eerder voor getaxeerd is tijdig contact op voor het verrichten van een hertaxatie. Natuurlijk is het voor de klant zelf ook van belang de geldigheidsduur van het rapport in acht te nemen. Belangrijk om u te realiseren is dat indien er geen hertaxatie wordt uitgevoerd u de kans loopt om oververzekerd of onderverzekerd te zijn. In dat geval wordt bij schade niet het juiste bedrag aan u uitgekeerd.
Bij een waardebepaling vormt een deskundige zich in korte tijd een beeld van de verzekerde som. Dit gebeurt soms ter plekke, maar steeds vaker op afstand. De waardebepaler stelt de te verzekeren waarde vast aan de hand van (standaard) vragen, eventueel aangevuld met beeldopnamen van de klant. Het resultaat is een globale inschatting van de waarde. Beide varianten kennen een garantie tegen onderverzekering. De waardebepaling, die verzekeraars vaak gratis aanbieden, lijkt een laagdrempelige oplossing voor de klant. In plaats van zelf de verzekerde waarde vast te stellen, kan hij nu zonder kosten een deskundige inschakelen. Dit brengt hem bij schade in een betere positie. Maar is dit zo?
In de praktijk ligt het ingewikkelder. Bedrijven denken getaxeerd te zijn en voelen zich, ook door de garantie tegen onderverzekering, gerustgesteld. Maar op het moment dat er schade is, blijken de kaarten anders te liggen. De verzekeraar regelt de schade mede op basis van de nieuwwaardeclausule: voor alles wat op het moment van schade minder waard was dan 40% van de nieuwwaarde, wordt de dagwaarde uitgekeerd. Dit kan een flinke tegenvaller zijn. Zeker ook omdat de klant bij waardebepaling nog steeds premie betaalt over de nieuwwaarde.
Is er sprake van een taxatie – en dus een goede onderbouwing van de verzekerde som – dan keert de verzekeraar bij schade niet de dagwaarde uit maar de getaxeerde waarde. De klant krijgt in dat geval een schaderegeling op basis van nieuw- of herbouwwaarde.
Het kan verstandig zijn om de funderingen mee te verzekeren. In het geval van schade aan uw pand is er een kans dat de bestaande funderingen niet meer kunnen worden gebruikt bij de herbouw van het pand. Ook wanneer de funderingen onbeschadigd zijn gebleven. Als u de funderingen in zo’n situatie niet heeft meeverzekerd, draait u zelf op voor de kosten van de nieuwe funderingen. Indien wij het raadzaam achten om de funderingen op te nemen in het rapport, dan wordt dit met u besproken tijden de opname/taxatie.
Lees meer over funderingen: Zijn de fundering in- of uitgesloten bij het taxatierapport?
In uw taxatierapport wordt aangegeven of de funderingen zijn opgenomen in het taxatierapport. In de basis is de fundering uitgesloten bij taxatie, tenzij anders vermeld of door u expliciet anders gewenst.
De kosten voor het afbreken, wegruimen, afvoeren, storten en vernietigen van de verzekerde gevaarsobjecten.
Let op: verzekeringstechnisch gezien is er een punt waarop opruimen overgaat in herstel.
De polis schrijft dat alle aanwezige zaken in de verzekerde som moeten worden opgenomen. Of deze zaken wel of niet gebruikt worden is daarbij niet van belang. Iets wat niet of nauwelijks gebruikt wordt moet alsnog worden verzekerd.
In theorie kan dat, maar de waarde van zo’n taxatie is zeer beperkt. De dagwaarde op het moment van schade is niet gelijk aan de getaxeerde waarde. Door tijdsverloop is de dagwaarde op de dag van taxatie anders dan de dagwaarde op de dag van schade. Daarnaast schrijven vrijwel alle polissen voor dat er op basis van nieuwwaarde moet worden verzekerd. Dat is ook wat wij adviseren te doen.
Goederen moeten wel worden verzekerd, maar niet worden getaxeerd.
Ja, alles wordt getaxeerd, maar niet alles wordt met naam en toenaam in het rapport vermeld. In ieder taxatierapport, meestal op de laatste bladzijde, staat een post "Buiten vaste taxatie". Hierin is opgenomen de overige bedrijfsuitrusting voor zover niet reeds in het rapport opgenomen, almede zaken zoals eigendommen van derden, directie en personeel, reserve voor eventuele uitbreidingen van huurdersbelang en/of bedrijfsuitrusting en dergelijke.
De vorkclausule (ofwel “single loss limit”) is een verzekeringsvorm die ertoe dient om gebouwen die niet meer op dezelfde wijze herbouwd mogen of kunnen worden, te verzekeren. Er valt dan te denken aan een kerkgebouw, een klooster of een oude fabriek.
Bij een vorkclausule worden 2 bedragen vastgesteld en in het rapport opgenomen:
1. De herbouwaarde (of op dezelfde locatie herbouwen met dezelfde materialen);
2. de vork.
De vork wordt nu gedefinieerd als het bedrag dat nodig is om op dezelfde locatie een pand te bouwen dat dezelfde functionaliteit heeft als het pand dat nu in gebruik is. De premie die wordt betaald is het gemiddelde van de twee vastgestelde bedragen: de herbouwwaarde en de vork. Dit is een voordeel voor degene die de premie betaalt. Wel is het belangrijk om je te realiseren dat bij schade maximaal het vorkbedrag wordt uitgekeerd (dat is dus het begrip “single loss limit”). Bij een deelschade kunnen er dan problemen ontstaan, omdat de deelschade hoger kan uitvallen dan de vork. Duidelijk is dus dat het verschil in premie groot genoeg moet zijn om het risico bij een deelschade te verantwoorden. Dus het voordeel van de lagere premie dankzij de vork moet groot genoeg zijn om als buffer te kunnen dienen voor eventueel hogere uitvallende schadekosten.
VOORBEELD
Een advocatenkantoor is gehuisvest in een oud klooster. Als dat klooster afbrandt wil het advocatenkantoor een kantoor hebben voor 35 medewerkers, een archief, ontvangsthal, toiletten, kantine en 5 spreekkamers. De taxateur rekent nu uit wat deze nieuwe optie gaat kosten om te bouwen en dat is de vork.
Let op: bij monumenten, beschermd dorpsgezicht etc is er vrijwel altijd een herstelplicht. Dat betekent dat een vork daar niet aan de orde is: bij schade moet immers het oude pand hersteld worden.
Een accountant of administrateur kan goed met cijfers overweg maar taxeren is een ander vak. Afhankelijk van het doel van de taxatie wordt er door de taxateur een passende waarde bepaald met de juiste waardedefinitie. Deze definities zijn vaak niet voldoende bekend bij, of worden niet gebruikt door, uw accountant of administrateur. Daarnaast is er vaak een taxatie nodig van een onafhankelijk taxateur om aan diverse eisen te voldoen.
Een waarde voor de verzekering is in veel gevallen wel bekend bij een opdrachtgever, deze waarde is vastgesteld door middel van een taxatie of ruw geschat. Daarnaast is ook vaak de fiscale boekhoudkundige afschrijving die door een accountant wordt gedaan bekend. Wat niet bekend is, is wat het bedrijf waard is. Een bedrijfseconomische taxatie kan hiermee helpen. De taxatie kan worden gebruikt om bijvoorbeeld de huidige waarde te bepalen en voor eventuele verkoop of samenwerking met een ander bedrijf.
Door de taxaties te combineren bent u voordeliger uit! In een gecombineerde taxatie zit voordeel in de opname / omschrijving, zeker bij de bedrijfsuitrusting en deels bij de gebouwen. Alleen de uitwerking is anders voor verzekeringsdoeleinden en bedrijfseconomische doeleinden. Vanwege het voordeel in de opname valt het offertebedrag voor een gecombineerde taxatie lager uit.